Oudezijds Kolk 3

Stadsherstel Amsterdam schrijft in haar nieuwsbrief van 17 oktober:

‘Op de geboortedag van de auteur Simon Vestdijk schrijven we over een pand gelegen aan de Oudezijds Kolk waar Vestdijk een gedicht over schreef. Dit huis was in de 16e eeuw het pakhuis van een andere dichter; Roemer Visscher. Maar ook kent het een bewogen geschiedenis als bordeel, waar orgies in plaatsvonden. Nu heeft het weer een nette functie. We hebben het verbouwd voor gasthoogleraren van de Universiteit van Amsterdam.’

OudezijdsKolk

“Het spart’lend water gaat den steen stukknagen,
Die in weerkaatsing steeds wordt aangevoerd:
Soms is het of nachtratten zich daar wagen
En of hun roofzucht uit de spieg’ling loert,

Waarin zich ’t scherp doorreten raamgezicht
Zoo vloeibaar en verleid’lijk meent te weten,
Zich onderdomp’lend in het klaterlicht,
Tusschen riool en wolk uitgemeten.

In ieder huis slaapt tot middagstond
Hetzelfde meisje, met doorknaagden mond,
Scherp ingereten rimpels, holle ogen.

En overdag hangt men zeer hoog te drogen
Wat ’s nachts vergeefs haar lichaam heeft beschut
Voor ’t ondergrondsch bedrijf der rattenput.”

Simon Vestdijk

KM/HT, 18 oktober 2021


Simon Vestdijk en Godfried Bomans

Toen Simon Vestdijk op 23 maart 1971 overleed, was de literaire wereld van Nederland in rouw. De enige Nederlandse auteur die ooit officieel in aanmerking kwam voor de toekenning van de Nobelprijs voor Literatuur, een man van wie elk boek serieus werd besproken in talloze kranten en tijdschriften en een man die enigszins model stond voor wat men als ‘een schrijver’ zag: teruggetrokken levend, geen lolbroek. Zijn boeken waren ‘moeilijk’ en hadden bijzondere titels: De hotelier doet niet meer mee, Vijf vadem diep, Thanatos aan banden, De toekomst van de religie. Maar ook wel opzienbarende: De dokter en het lichte meisje, De ziener, De schandalen.

Zijn uitvaart kreeg veel aandacht: het Journaal, radio, dagbladen en een speciaal dubbelnummer van het literair tijdschrift Maatstaf.

 Hoog en laag

Ik was bijna 19 jaar en kende twee romans: Zo de ouden zongen…(best goed, vond ik toen) voor mijn boekenlijst HAVO,  en Terug tot Ina Damman (ongelooflijk goed, uiteindelijk 5 x gelezen) na een literatuurles van Kees Fens op de Bibliotheekschool. Dat Fens toen een toonaangevend recensent was, wist ik niet, maar wat waren zijn lessen inspirerend! De week erop gaf hij overigens een beschouwing over de Europa Cup wedstrijden want hij was ook Ajaxliefhebber. Of dat kwam omdat hij in dezelfde buurt met hun trainer Rinus Michels was opgegroeid, is me onbekend. Het was wel een mooi voorbeeld van dat  ‘het hoge’ en ‘het lage’ elkaar helemaal niet in de weg hoeven te zitten. Dat wist ik wel, niet voor niets las ik naast Vestdijk en Marcel Proust met evenveel plezier iedere week het striptijdschrift PEP.

Kees Fens wees me erop dat bij Vestdijk onder de vaak analytische beschrijvingen een enorm emotioneel reservoir zat. Ja, daar moest je wat moeite voor doen maar dan had je ook wat: de complete Anton Wachterserie (8 delen!), historische romans als Aktaion onder de sterren, De vuuraanbidders (speelt in het Leiden van de Tachtigjarige oorlog) en een fantastische roman, in alle opzichten, als de kellner en de levenden. En dan was je nog niet op de helft, nog lang niet!

Flauwekul en ernst

De bevestiging dat er een vermeend verschil bestaat tussen ‘hoog’ en ‘laag’ in literatuur, maar ook in muziek, beeldende kunst of film was me trouwens bijgebracht door Godfried Bomans. Bomans was na Koningin Juliana, Mies Bouwman en Toon Hermans de beroemdste levende Nederlander (Johan Cruijff kwam pas na het WK 1974 in die top 5). Ik kende hem sinds 1964 toen ik op mijn 12e verjaardag de Godfried Bomans Omnibus cadeau kreeg (8e druk, 1963). Toen ik die uit had, twee weken later, ging ik zo gauw ik in de volwassenenafdeling van de openbare bibliotheek terechtkon, op zoek naar zijn andere boeken. Ik vond moeiteloos titels als Capriolen, Noten kraken, Op het vinkentouw. Het waren de Buitelingen die de meeste indruk maakten. Serieuze stukken als Het mysterie Beets, Het noodlot van Piet Paaltjens en Wie was Andersen (allemaal nieuw voor me) werden moeiteloos afgewisseld met flauwekul als Nooit gedacht (“Meneer kan beter met een klein hengeltje aan de overkant gaan zitten”), Enige richtlijnen voor bisschoppen en het hilarische verslag van de voetbalwedstrijd Engeland-Nederland, waarin Siemkes keer op keer gewisseld werd met Piemkes en hij ook een zekere Kruijf liet opdraven; ik zat te schuddebuiken. En aan de stripverhalen over Pa Pinkelman en Tante Pollewop raakte ik verslaafd. Trouwens, qua humor bevielen Bomans en Vestdijk me even goed: Bomans was subtiel en tegelijk grotesk, Vestdijk verborgen en sarcastisch.

Op 22 december van hetzelfde jaar 1971, na in de zomer nog een week op het onbewoonde Rottum te hebben doorgebracht, dagelijks door honderdduizenden live zorgelijk beluisterd, want hoe moest die lichtelijk chaotische man zich daar toch redden, overleed Bomans onverwacht. Een schokgolf ging door het land, vergelijkbaar met het overlijden van André Hazes!

Kring en Genootschap

Vijftig jaar later is de belangstelling voor zowel Bomans als Vestdijk uiteraard afgenomen, maar vergeten zijn ze zeker niet. In 1972 werd zowel de Vestdijkkring als het Godfried Bomans Genootschap  opgericht en beide ‘clubs’ zijn nog zeer actief. Op 17 oktober ontvangen de leden van de Vestdijkkring het nieuwe nummer van de Vestdijkkroniek, in Amsterdam en Haarlem, om kosten te besparen zelfs op de fiets bezorgd door volhardende redactieleden, helm op!, waaronder uw Boekenblogger. Bomans had ongetwijfeld een fraaie karakterisering bedacht; Vestdijk, rokend in zijn afgedragen regenjas met alpinopet, gegrijnsd.

Gelukkig hebben we hun Verzamelde Werk nog! En ja, de boeken zijn nog steeds verkrijgbaar-antiquarisch en in de boekhandel. Geniet ervan!

Leo Willemse, 15 oktober 2021

(Verschenen in Leo’s Biebblog  op de website van de Bibliotheek Waterland)


In memoriam Wessel ten Boom (1959-2021)

Nog maar kort geleden, eind augustus, ontving ik van de mij onbekende Wessel ten Boom een exemplaar van zijn boek Een leven met Vestdijk.
Twee deeltjes, mooi uitgegeven, waarin Wessel zijn levenslange belangstelling voor het werk van Vestdijk onder woorden bracht. Hij beval het boek aan bij de redactie, ter bespreking.

Er ontspon zich een korte, maar intensieve mailwisseling, waaruit bleek dat Wessel in de laatste fase van zijn leven was. Ik sprak mijn bewondering uit voor zijn boek, dat in de Vestdijkkroniek nummer 139 aandacht krijgt.
Wij hoopten allebei dat wij elkaar bij het symposium op 13 november zouden ontmoeten. Dat zal niet meer gebeuren, Wessel overleed op 2 oktober jl.
Zijn boek ligt tijdens het symposium op de boekentafel.

Moge hij rusten in vrede.

Namens de redactie,
Flip Hammann, 6 oktober 2021


Kalender:

Warning: Undefined array key "categorie" in /customers/9/c/4/vestdijk.com/httpd.www/wp-content/themes/vestdijk/lib/PWS_Calendar.php on line 62
oktober 2021
M D W D V Z Z
« sep   nov »
 123
45678910
11121314151617
18192021222324
25262728293031

Categorieën