Theologie volgens Vestdijk en Camus

Met een fraaie foto opent Huub Mous zijn blog ´Alleen door de dood kan God bestaan´ (21 juli 2018). De foto toont l’Homme révolté van Albert Camus. Het is het exemplaar dat bij Vestdijk in de boekenkast stond en is voorzien van zijn aantekeningen. Camus en Vestdijk hadden beiden een ambivalente houding tegenover het christendom. Beiden zagen zij de christelijke God  als ‘een religieuze projectie’; beiden sloegen een andere weg in om in hun levensbeschouwelijke behoefte te voorzien. Camus koos voor de opstand als uiting van menselijke solidariteit. Vestdijk ‘greep zich vast in de mystiek’, zie zijn laatste roman over Meester Eckhart. Ook over de betekenis van de dood in het leven hadden zij verwante opvattingen. Volgens Camus kan God alleen bestaan door de dood van de mens. Dat niet-zijn schept een existentieel probleem, waardoor het Godsbestaan een mogelijkheid wordt. Vestdijk kaartte op zijn beurt de contradictie aan in het christelijk dogma dat God zijn zoon heeft gestuurd om als mens te sterven en daardoor de mensheid te redden.

Volgens Mous had Vestdijk toch niet veel op met Camus. Hij had het veel meer over Sartre, vooral in Het wezen van de angst waarin Camus niet voorkomt. Hier past een dikke kanttekening. Vestdijk schreef zijn angststudie omdat hij het niet eens was met Sartre’s opvattingen over de angst! Hij zette zich er tegen af.

WvW, 21 juli 2018


Persbericht uit Harlingen

In dit PERSBERICHT van Stichting Centraal Comité 1945 te Harlingen wordt informatie gegeven over de uitreiking van de Anton Wachterprijs en Ina Dammanprijs op 10 november 2018.  In het kader van de 20ste uitreiking wordt ook een literaire avond en een schrijfwedstrijd georganiseerd.

HT,12 juli 2018


Let op, dit is geen slapstick

Vooral de beginzinnen in de verhalen van Merijn de Boer zijn belangrijk. Dat vindt Kees ’t Hart die de nieuwe verhalenbundel  De geur van miljoenen van de jonge auteur voor De groene Amsterdammer recenseert (4.06.’18). Hij citeert drie van deze ‘huiselijke, “gewone” openingszinnen’. De Boer vindt hij geen humorist; humor probeert hij zelfs zo ver mogelijk weg te houden. Maar vergis u niet, want de verhalen van De Boer ‘gaan van gewoon naar raar en vaak uiteindelijk naar grotesk’.  Enkele verhalen wekken bij  ’t Hart beelden op van Mr. Bean, of Tommy Cooper, maar het loopt niet uit op slapstick: ‘gevoelig zijn ze en altijd licht wanhopig.’

Bijzonder aangesproken wordt ‘t Hart door het verhaal ‘waar de Vestdijkliefhebber het flink voor de kiezen krijgt.’ Uitgangspunt van het verhaal ‘Uit liefde voor Vestdijk’ is een volstrekt komische situatie die toch ‘niet komisch wordt uitgewerkt, eerder tragisch.’ De recensent vraagt zich af of hier een afrekening met Vestdijk plaats vindt? Daar is geen sprake van; evenals bij andere verhalen over schrijvers als Springer, Proust, Achmatova en Wodehouse houdt De Boer  ‘oneindig veel van ze maar kijkt wel mooi uit om dat aan ons te laten merken.’

WvW, 5 juli 2018


´Een luchtige dans rond een zwaar onderwerp´

In haar artikel over de gepubliceerde briefwisseling tussen Willem Brakman en Simon Vestdijk spreekt Aleid Truijens over ´lichte brieven van zwaarmoedige mannen´ in Sir Edmund, 30 juni 2018. Vestdijk is vrijwel onafgebroken depressief, Brakman bij vlagen; toch zijn deze brieven ´een luchtige dans rond een zwaar onderwerp: depressie.’  De voor- en nadelen van medicijnen worden uitgewisseld, maar een probleem voor Vestdijk is dat van de gebruikte medicijnen ‘de frisheid er snel vanaf gaat.’ Toch doen de schrijvers ‘hun best de ander te vermaken.’ Er ontwikkelt zich dan ook een vriendschap tussen beide schrijvers, die zich ook vermaken om de complexe liefdesrelaties van hun gemeenschappelijke vriend Nol Gregoor.

Brakman helpt Vestdijk ook nog aan potentieverhogende middelen ter bevordering van het gewenste vaderschap, maar dit helpt hem niet tegen de depressie.

WvW, 30 juni 2018


O en voorgoed voorbij

‘Het graf van Vestdijk lijkt net zo vergeten als zijn werk.’ Zo begint het hoofdstukje over Vestdijk in een boekje waarvan ik dacht dat het net verschenen was, maar dat al het licht zag in 2012. Onno Blom en Werry Crone stelden een fraai fotoboekje samen met foto’s van de graven van 21 schrijvers, chronologisch geordend op sterfdatum, van Betje Wolff en Aagje Deken (overleden 1804) tot Harry Mulisch (overleden 2010). Alle hoofdstukjes hebben behalve foto’s korte essays met daarin de geschiedenis van lijden, sterven en begraven (cremeren) van de literaire helden van de samenstellers. Hun keuze voor de 21 is namelijk geheel persoonlijk en willekeurig. ‘Een ereplaats heeft hij in elk geval niet’, constateren Blom en Crone bij het graf van Vestdijk, dat behoorlijk overwoekerd is. Ach, het was Vestdijk zelf die het bij leven al wist:  

’t Antwoord op elk raadsel in de tijd,
D’eendre oplossing: vergank’lijkheid.(Mnemosyne in de bergen) 

Het boekje, dat in een Vestdijkverzameling niet mag ontbreken, heeft als titel een passende regel uit een gedicht van J.H. Leopold, O en voorgoed voorbij. Het verscheen in 2012 bij de Arbeiderspers.

FH, 18 juni 2018


Kalender:

Warning: Undefined array key "categorie" in /customers/9/c/4/vestdijk.com/httpd.www/wp-content/themes/vestdijk/lib/PWS_Calendar.php on line 62
september 2024
M D W D V Z Z
« aug    
 1
2345678
9101112131415
16171819202122
23242526272829
30  

Categorieën