In Volkskrant-magazine van 16 april 2011 reageert de bekende psychiater René Kahn op een hem onbekend liedje van Hans Dorrestijn, waarin de volgende regels voorkomen: ‘Waar zijn die mooie droeve dagen? Waar is de wanhoop van weleer? Ik kan de voorspoed niet verdragen, de zomer drukt mijn stemming neer’. Kahn bekent dat de strekking dat in het liedje is verwoord, in wetenschappelijke kring aanleiding is voor de vraag waarom de depressie niet allang is uitgestorven. Kahn die zijn leven wijdt aan het bestrijden van depressies meent dat het antwoord op die vraag kan zijn dat ‘de depressie ook voordelen heeft. Een depressie maakt de mens sensitiever, je ziet en voelt dingen die anderen niet ervaren.’ Als voorbeelden van hiervan noemt hij Vestdijk en Schumann. Het zijn slechts twee voorbeelden van mensen ‘in de kunsten met een bipolaire stoornis’.
WvW, 18 april 2011