In haar roman En we noemen hem (2017) duikt de schrijfster Marjolijn van Heemstra in het verleden van haar familie. Volgens de overlevering heeft haar neef Frans een heldendaad verricht . Hij kon niet verkroppen dat iemand die fout was in de oorlog, daar niet voor gestraft was. Op 5 december 1946 ontplofte een bom op de Prinsegracht 266 in Den Haag. Frans stond in de familie bekend als ‘de bommenneef’. Marjolijn (Marjolein in de roman) erft van deze ‘bommenneef’ een zegelring waaraan de voorwaarde is verbonden dat haar eerste zoon naar hem vernoemd zal worden. Als zij in verwachting is gaat Marjolein op onderzoek uit om te verifiëren of het verhaal over haar neef klopt. Wat zij te weten komt spoort niet met de heldenstatus van de neef, die psychisch belast was.
In de psychiatrische rapporten over Frans duikt de diagnose ‘illegaliteitspsychose’ op. Een definitie ontbreekt, maar Marjolein komt een goede omschrijving ervan tegen in Bevrijdingsfeest. Die roman ‘zou het verhaal van haar bommenneef kunnen zijn.’ Het draait om angst voor verveling.
De thematiek raakt hier aan Vestdijks Bevrijdingsfeest: wanneer eindigt de oorlog voor mensen die daar in hun hoofd nog mee bezig zijn.
WvW, 2 mei 2017