In een brief aan Hermans van 21 november 1964 schrijft Bordewijk: ‘In elk geval zal uw productie wel niet worden à la Vestdijk, wie zoals ik vrees de roem naar het hoofd gestegen is’. Vestdijk had in juni 1964 een eredoctoraat ontvangen aan de universiteit van Groningen. Bordewijk vervolgt in zijn brief: ‘Maar hij was toch zulk een aardige kerel en hij schreef zoveel moois. En nu aldoor maar romans en niets anders dan dat’.
Uit: Een onmiskenbare verwantschap. Brieven 1944-1965.
WvW, 18 juni 2011