Het leukste is als je argeloos, daar waar je er niet op bedacht bent, iets leest over Simon Vestdijk. In de decembermaand ben ik vaak in boekwinkels te vinden, al bladerend in boeken die vers van de pers om aandacht vragen. In mijn handen ligt de in recensies sterk geprezen Jelle zal wel zien. Het is toch een soort gevoeligheid dat mijn scannend oog viel op Terug tot Ina Damman, pagina 30. Het ging over de Harlinger hbs die Vestdijk tussen 1912 en 1915 bezocht en een intense liefde opvatte voor Ina. De school zelf beschreef hij als een ‘grijsgekalkte steenklomp’. Niet zonder reden, want toen al was het een oud en vervallen gebouw, eigenlijk ongeschikt om er onderwijs te geven. In 1928 verhuisde de hbs dan ook van het ‘slechtste’ naar het ‘mooiste’ gebouw van Nederland, maar de school komt in 1934 toch in de problemen vanwege de ‘crisistijd’. Het gevolg: te weinig leerlingen! Nieuwe leerlingen moesten worden geworven en in 1935 is een van de nieuwe leerlingen Jelle Zijlstra, de latere minister-president en bankdirecteur. Daar op de Harlinger hbs, die intussen vijfjarig is geworden, vindt hij ‘een oase van scholing’. Dat heeft zijn vruchten afgeworpen, ook in die zin dat Jelle Zijlstra een liefde voor kunst, cultuur en boeken opvatte. Wat de literatuur betreft genoot hij van Vestdijk ‘die in Terug tot Ina Damman zo prachtig schreef over het Harlingen van zijn jeugd.’
Jonne Harmsma, Jelle zal wel zien; Jelle Zijlstra, een eigenzinnig leven tussen politiek en economie. Uitgeverij Prometeus
WvW, 12 december 2018