Binnen een week tijd vallen de schijnwerpers vol op Vestdijk. Eerst in Trouw (23-09) overdenkt Kees van Kooten de korte tijd die hem nog resteert en zegt dan plompverloren:
“Een biografie is nu niet meer nodig, ik heb alles zelf verteld. Ik ga de rest van mijn leven veel liever lezen dan schrijven. Ik heb al alles opgeschreven over mijn eigen leven: de dood van mijn poes, de liefde voor mijn vrouw, het gek zijn op mijn kleinkinderen, een portret van mijn moeder. Maar ik heb nog nooit Vestdijk gelezen. Ik kan toch niet overlijden zonder Vestdijk gelezen te hebben?”
In Parool (28-09) plaatst de stadsdichter van Amsterdam K. Schippers zijn gedicht ‘De Valerius, afgebroken’. Hierin citeert hij uit een roman van Vestdijk. Een kwisvraagje: uit welke roman is het citaat afkomstig?
Zou u deze roman Kees van Kooten willen aanraden om mee te beginnen bij zijn lezing van Vestdijk?
WvW, 29 september 2017