De in 1947 verschenen roman Rolien en Ralien van Josepha Mendels (1902-1995) is opnieuw uitgegeven. Haar debuut trok destijds de aandacht en ook nu. Hannah van Wieringen besprak de roman in de NRC (12.01.’18): ‘Ralien ziet en zegt wat Rolien verzwijgt’.
De jonge hoofdpersoon Rolien leeft met een beschouwende versie van zichzelf die de naam Ralien draagt. Het is een tweede, maar afstandelijke, toornige en vervaarlijke ik. Soms zijn de reacties van het jonge meisje Rolien moeilijk te begrijpen, omdat dan iets van haar ‘schaduw’ Ralien naar buiten komt. Er is sprake van verwarring en verdeeldheid.
De ontvangst van de roman was in 1947 gunstig. Ook Vestdijk besprak de roman in ‘Roman van de ontragische persoonsverdubbeling’ (Het Parool, 5-07-1947). Hannah van Wieringen citeert hem uitvoerig, maar is het niet met hem eens. Vestdijk ziet een ziektegeschiedenis. Hij omschrijft Rolien als ‘een suïcidaal door schizofrenie geteisterd, noodlottig eindigend meisje.’ Aanwijzing daarvoor is de zinsnede: ‘ Dan heeft zij verder langs het water gelopen en niemand heeft haar ooit meer teruggezien.´ Vestdijk zag zelfmoord, maar Van Wieringen meent dat het meisje ‘is opgegaan in het verhaal dat je zojuist uitlas.’ Het toont ons ‘de wordingsgeschiedenis van een schrijver’.
WvW, 15 januari 2018