Jacqueline Bel houdt gloedvol betoog over Vestdijk

In het radioprogramma ‘De Taalstaat’ was op 4 januari de kersverse hoogleraar Jacqueline Bel te gast. Zij bezet de Multatuli-leerstoel die uit nood is geboren aan de Vrije Universiteit. Een initiatief ontstaan na de opheffing van de studie Nederlands aan diezelfde universiteit. Zij kreeg drie kussens voorgelegd met daarop drie afbeeldingen van Nederlandse auteurs: Vondel, Vasalis en Vestdijk. Haar werd simpel de vraag gesteld welke klassieker uit de Nederlandse literatuur kiest u? Jacqueline Bel vond het een mooie selectie, want van Vondel en Vasalis springen direct prachtige dichtregels in haar hoofd op. Toch kiest zij voor Simon Vestdijk, die zij een ‘fantastische schrijver’ vindt. Hij is ‘veelzijdig, geestig en scherp.’ Zijn boek over poëzie De glanzende kiemcel, kan ze iedereen aanbevelen Zelf heeft Vestdijk ook schitterende poëzie geschreven, dat technisch knap is, ontroert en een cyclische opbouw kent. Zijn dichtbundels bevatten gedichten die een onderlinge samenhang vertonen. Zijn romans zijn heel uiteenlopend, niet allemaal even goed, maar wel allemaal interessant. Pastorale 1943 is daar een voorbeeld van, omdat het zo’n eigen kijk op de amateuristische aanpak van het verzet in de oorlog behandelt. Het is eigenlijk ongehoord dat hij nog zo weinig wordt gelezen. Het zal moeilijk, maar niet onmogelijk zijn om jongeren voor deze schrijver nog te winnen zonder hen te helpen bij een goede introductie in zijn werk. Ze vreest dat inmiddels ook bij de docenten er te weinig kennis over hem is.

WvW, 15 januari 2020

Een opname van dit gesprek is ook hier te beluisteren:

 

Terug omhoog

Simon schrijft Tjitske

Een duik in de archieven kan lonen. Dat bleek eind 2019 toen Jeanine Otten correspondentie aantrof in het Hannemahuis in Harlingen. De herkomst is onbekend. Het betreft een brief van Simon Vestdijk aan Tjitske van der Staag. Tjitske is bekend als Marie van der Boogaard op wie Anton Wachter ‘besluit’ verliefd te worden nadat Ina Damman hem heeft afgewezen. Het Hannamahuis was al in het bezit van een foto van haar en twee briefkaarten van Simon aan deze Tjitske. Zij liggen in een vitrine in de Vestdijkkamer.
De brief is met vulpen geschreven en gedateerd 20 oktober 1958. Kennelijk heeft Tjsitske Vestdijk gefeliciteerd met zijn zestigste verjaardag. Hij schrijft het volgende:

Beste Tjitske,
Wel bedankt voor je felicitatie. Ik vond het prettig wat van je te horen, nadat ik je door de radio al ‘echt’ gehoord had. Het leek mij bijzonder sportief, dat je daaraan meedeed, want de vrouw had het niet het gemakkelijkst in dit ….[onleesbaar], vooral door de tamelijk vrijmoedige manier, waarop ik indertijd met mijn herinneringen aan jou ben omgesprongen. Ik zal me daarvoor nu maar niet gaan verontschuldigen, – dat zou een beetje huichelachtig zijn. Maar in ieder geval: hoe vrij ik ook gefantaseerd heb, voor mezelf heb ik fantasie en werkelijkheid altijd heel goed uit elkaar kunnen houden.
Met beste groeten, Simon.

WvW, 8 januari 2020

Terug omhoog

Een goede vriend

De componist Willem Pijper (1894-1947) gold als een van Vestdijks beste vrienden. Zij werkten nauw samen aan de (onvoltooide) opera Merlijn en over het ontstaan van die opera danken wij de publicatie met de briefwisseling tussen Simon Vestdijk en Willem Pijper, verschenen in 1992. In 2011 verscheen de uitgave van Het papieren gevaar, met de verzamelde geschriften van Pijper. Nu is in de reeks privé-domein verschenen In het licht van de eeuwigheid, Een leven in brieven 1917-1947, De keuze uit zijn brieven is opnieuw gemaakt en uitvoerig geannoteerd door Arthur van Dijk.

Vestdijk had Pijper als literator hoog zitten en dat is te merken in deze nieuwe uitgave. Ook brieven aan Vestdijk zijn in de selectie opgenomen. Over de relatie tussen Vestdijk en Pijper komt de lezer soms pikante details tegen, niet uit de brieven aan vriend Vestdijk, maar eerder uit brieven aan derden (vooral vriendinnen) waarin Pijper Vestdijk (en Ans Koster) ter sprake brengt. Zo wordt duidelijk dat Pijper van Ans niet veel moest hebben. Frappant is ook de grote belangstelling van Pijper voor de vrijmetselarij en voor astrologie. Het laatste deelde hij met Vestdijk.

Pijper is twee keer getrouwd, maar hield daarnaast innige contacten met zo veel vriendinnen erop na dat Marsman hem kwalificeerde als een ‘haremhouder’ en Vestdijk omschreef hem ‘als slachtoffer van pluralisme’. In de brieven aan deze vriendinnen vertrouwde Pijper veel toe. Het boek is aan een van hen, Louise Bolleman opgedragen.

WvW, 7 januari 2020

Terug omhoog

Portret van Vestdijk

Erik van den Berg bezocht in het Literatuurmuseum een tentoonstelling rond Waldemar Post. Deze heeft voor een artikel in de Volkskrant een portret getekend van Simon Vestdijk als
(gefnuikte) Nobelprijskandidaat. Gezien de ondertekening in 1985.

Voor de redactie van de Vestdijkkroniek maakte Erik de achter glas gelegen foto van het portret. Dank Erik!

WvW, 4 januari 2020

Terug omhoog

Nogmaals Kota Inten

Kort nadat ik “Naar den duivel met Biskaye!” had voltooid, mijn boekje over Vestdijks reis naar Nederlands-Oost-Indië met het motorschip Kota Inten, passeerde het schip opnieuw en wel in de jongste roman van Stephan Enter, Pastorale.
Oscar en Louise de Vree, broer en zus in een gereformeerd gezin op de Veluwe in de jaren tachtig, zij is eerstejaars studente, hij moet eindexamen doen, proberen hun weg te vinden in het leven. Louise doet dit door zich sterk af te zetten tegen het streng godsdienstige milieu, Oscar raakt toevallig bevriend met zijn klasgenoot Jonkie Matupessy. Hij wordt voor een maaltijd uitgenodigd in het Molukse gezin van Jonkie en raakt op slag verliefd op diens zus Dona. In Brevendal (anagram voor Barneveld) leeft de autochtone bevolking volstrekt gescheiden van de Molukse gemeenschap.
Bij zijn eerste bezoek aan het gezin loopt hij in de hal tegen een enorme scheepskist aan. Kota Inten staat erop. Even later, aan tafel, neemt vader Matupessy, een voormalige KNIL-soldaat, het woord. ‘Door deze bespiegelingen heen begon Matupessy een ander verhaal te vertellen –over de kist in het halletje bij de voordeur, die ingepakt klaarstond met precies de spullen die er meer dan dertig jaar geleden ook in zaten, op de heenreis van Surabaya naar Rotterdam. Want waarom zouden ze het uitpakken? Hij was hier op doortocht. Zodra de situatie in Indië rustig werd, zouden alle Molukkers teruggaan. (…) “Dus die kist blijft daar staan tot ik hem weer oppak en meeneem omdat de Nederlandse regering haar belofte is nagekomen. Jij hebt misschien wel gezien dat er iets op staat, op mijn kist?” “Uw naam”, zei Oscar. “En Kota Inten?”’ De kist als symbool van het Molukse drama.
Afgezien van dit detail en van de titel, vind ik de roman qua sfeer en karaktertekening heel Vestdijkiaans. Oscar en Anton Wachter zijn verwante zielen.

FH, 29 december 2019

Terug omhoog

Kalender: Actueel

juli 2024
M D W D V Z Z
« jun    
1234567
891011121314
15161718192021
22232425262728
293031  

Categorieën